De afgelopen winter had ik het geluk om maanden lang te kunnen schrijven in het landhuis Kaapduinen, een prachtig afgelegen villa op Walcheren. Het huis is van goede en genereuze vrienden. Ik mocht daar een lange tijd in afzondering werken, dag na dag na dag, waardoor De hormoonfabriek, mijn eerste roman, die over een maand verschijnt, bijna in een grote flow geschreven kon worden, ononderbroken.
Iedere dag begon ik met een wandeling. Of het vroor of sneeuwde, regende, miste of dat een waterig zonnetje trachtte zich door het wolkendek heen te werken, ’s morgens vroeg stapte ik met ferme pas door de landerijen, het bos, de duinen en langs de zee, de altijd veranderende zee, en liep zo minstens een uur. Pas dan kon ik achter mijn laptop gaan zitten en schreef ik de rest van de dag, bijna onafgebroken, met slechts kleine pauzes voor koffie, brood of heel af en toe, een sigaret.
En nu ik het prachtige Winterlogboek van Paul Auster lees, begrijp ik opeens het belang van die dagelijkse wandelingen. Het gaat niet alleen om voldoende beweging, het verhinderen van stijfheid, de noodzaak van frisse lucht. Het wandelen buiten heeft rechtstreeks invloed op het schrijven. Het is het opwekken van het ritme dat de tekst behoeft. Het bloed gaat stromen, zoals het orkest dat begint te spelen. Paul Auster brengt schitterend onder woorden, waarom er gelopen moet worden als je schrijft:
‘Om te doen wat je doet, moet je wandelen. Wandelen is wat je de woorden aanreikt, wat je in staat stelt het ritme van de woorden te horen terwijl je ze in je hoofd schrijft. Eén voet vooruit, en dan de andere voet vooruit, de dubbele paukenslag van je hart. Twee ogen, twee oren, twee armen, twee benen, twee voeten. Dit en dan dat. Dat en dan dit. Schrijven begint in het lichaam, het is de muziek van het lichaam, en zelfs al hebben de woorden betekenis, kunnen ze soms betekenis hebben, de muziek van de woorden is waar de betekenis begint. Je zit aan je bureau om de woorden te schrijven, maar in je hoofd ben je nog steeds aan het wandelen, en wat je hoort is het ritme van je hart. Mandelstam: ‘Ik vraag me af hoeveel paar sandalen Dante heeft versleten toen hij aan de Commedia werkte.’ Schrijven als een mindere vorm van dans.
Om opeens in een boek je eigen gedrag verklaard te zien, de verrassing daarover,dat is een van de vreugdes van het lezen.