Mijn vriend Jaap is dit weekend niet eenenzestig geworden.
Dat is opmerkelijk want een gezonder man dan hij kende ik niet. Toen ik hem veertig jaar geleden leerde kennen was hij broodmager, en anders dan de meeste vrienden en ikzelf, is hij altijd zo dun gebleven. Hij rookte niet, dronk met mate, en sportte fanatiek. Hij was trots op zijn gespierde armen en zijn wasbordbuik. Hij maakte prachtige foto’s op zijn vele reizen, schreef mooie teksten voor kinderen, en was een humoristische en liefdevolle vriend. Hij woonde met zijn partner drie minuten van ons vandaan en omdat hij altijd bijzonder verstrooid was, en wij hun reserversleutel bewaarden, zag ik hem regelmatig. Dikwijls een onverwacht kopje koffie, waarbij het leven werd doorgenomen.
Jaap had een joodse moeder, die in de oorlog bij zijn toekomstige vader zat ondergedoken. Na de oorlog trouwden ze en kregen drie kinderen. Een onbezorgde jeugd was het niet. De vervolging en de vermoorde grootouders maakten dat er over het leven een grauwsluier hing en had van zijn moeder een angstig mens gemaakt. Zijn vader, een enthousiast en gedreven Montessori-onderwijzer, stierf aan kanker toen Jaap acht was. En toch groeide Jaap op tot een enthousiast, inspirerend en initiatiefrijk mens. Hij had altijd een originele en authentieke kijk op literatuur, film, theater en de wereld. Was wars van hypes en modes.
In de vier jaar dat ik aan het boek werkte, sprak ik vaak met hem over onze jeugd, waarin de oorlog zo’n bepalende rol had gespeeld en bij ons allebei een van onze ouders zo sterk getekend had. Nooit las hij een eerste of tweede versie, hij en ik verheugden ons beiden op het moment dat hij het gedrukte exemplaar van Verplicht gelukkig in handen zou krijgen. Ik heb me een aantal keren voorgesteld hoe we het boek samen uitgebreid zouden bespreken. In de week dat ik de eindversie bij de uitgever moest inleveren, stond zijn hart in zijn broodmagere lichaam, boven zijn wasbordtorso, onverwacht stil. Tot verbijstering van iedereen was Jaap van Sonderen opgehouden te leven.
Nu zijn we met een kleine groep familie en vrienden samen in Zeeland. Eten yogitaart, drinken de door hem bij een bevriende wijnboer bestelde crémant d’alsace, en halen herinneringen op. Jaap stierf op 4 februari. Het is onverteerbaar, dat hij er niet meer bij kan zijn. We missen de onderkoelde en relativerende opmerkingen, die hij zelf over zijn eigen dood gemaakt zou hebben. We doen dapper pogingen om te leven met zijn afwezigheid, maar het ontbreken is in alles aanwezig. Nooit meer Jaap, zou het ooit wennen?
Yvonne Witsel
Beste Saskia,
Met ontsteltenis lees ik het bericht dat Jaap al meer dan drie jaar dood is. Ik zat samen met Jaap op de 7e Montessori en de 2e Montessori Mavo. Hij was mijn eerste vriendje ( op de kleuterschool.) Ik heb een jaar bij zijn vader in de klas gezeten, na de zomervakantie kwam hij niet meer op school, hij was overleden. Zijn moeder kan ik nog zo voor mijn geest halen, net als zijn zus Eva en broertje Bram.
Ik heb Jaap veschillende keren ontmoet, een keer bij de reunie van de Mavo. Toen natuurlijk niet herkend, maar later wel ingehaald toen ik hem zag in de Bijenkorf Amsterdam. Daar hebben we lange tijd gesproken met elkaar. Wat ontzettend jammer dat zo’n mooi mens zo vroeg is overleden.
Ik zocht zomaar even naar hem op internet.
Vriendelijke groet,
Yvonne Witsel