TROUW – CULTUUR – BOEK VAN DE WEEK, Laura van Baars– 21 oktober 2018
Een roman over de Groningse aardbevingsschade, die toch geloofwaardig blijft
Goldschmidt ambieert veel met deze roman, waarin verhalen van moeder en dochter, oude en nieuwe landbouw, burgerlijke ongehoorzaamheid en opstand, nuchterheid en overgave, plicht en vrije wil samenkomen. In De Hormoonfabriek stelde de auteur het bedrijfsleven aan de kaak, nu is het de overheid(….)
Ondanks haar evidente verontwaardiging, vliegt Goldschmidt niet uit de bocht. Misschien is dit omdat de personages zo gewoontjes in de weer zijn met hun koffie, hun papjes, hun vogels of de hond. Ze vragen weinig van het leven, en ontvangen ook niet veel. Tussen alle verwoestingen aan hun boerderij door, gaan hun dagen voort in het wijdse landschap met de hoge luchten en watervogels(….)
(…)maar de lezer onderdompelen in het oer-Hollandse platteland, dat kan Goldschmidt ook. Bijvoorbeeld als zij Femke, omringd door vogels, op een lange wandeling de rietlanden in stuurt om te ontsnappen aan de benauwende boerderij. Het zijn die subtiele verhaallijnen die ‘Schokland’ niet aan engagement ten onder laten gaan, maar geloofwaardigheid verlenen.
Reageren