Een buizerd met donkere kop en wit onderkleed zit met zijn rug naar me toe op een baggerberg. Hij richt zijn donkere kop westwaarts. Daar, zo’n tien meter verder zit op een paaltje een tweede buizerd, het bruine verenkleed is op de schouders wit gespikkeld, een witte bef, een burgemeestersketting van dezelfde kleur en een witte buik. Misschien is het een vrouwtje, ze verorbert een prooi. Met haar gele snavel trekt ze een nekje of een pootje aan gort. Zeven kraaien observeren haar vanaf het veld. Af en toe vliegt er eentje op en cirkelt intimiderend dicht rondom haar, tot drie keer toe doet een kraai een uitval en pikt haar in de rug. Altijd van achteren. De laatste keer wankelt ze even, lijkt haar evenwicht te verliezen maar herstelt zich. Na elke aanval heft ze de kop, kijkt om zich heen, maakt zich breed door haar veren op te zetten, blijft zo een tijdje zitten, voordat ze het kennelijk veilig genoeg acht om verder te gaan met haar hapje. Rustig eten is er niet bij in de natuur.Lees verder
Boekenbal
Ja, het was leuk op het Boekenbal. Tommy Wieringa hield een indrukwekkend in memoriam voor Menno Wigman, Trijntje kan prachtig zingen, er zijn altijd veel erg leuke mensen, maar toch zijn een paar kritische aantekeningen op zijn plaats: de heren (denk ik) van het evenementenbureau die het thema Natuur vertalen in twee Botoxzeemertminstoeipoezen
Het was tijd om weer op huis aan te gaan. Hopelijk volgend jaar weer!Lees verder
Werktitel: Schokland
Een boek in wording met als werktitel: Schokland.
Plaats: het Hogeland in Groningen.
Wie: de bewoner van een boerderij, (Fokko) een boerin (Trijn) haar dochter (Femke) haar vader.
Wat: de sloop van een boerderij
Hierbij een fragment, naar aanleiding van het tegenhouden van de sloop van een beeldbepalend huis in ’t Zandt, dankzij alerte actievoerders. Hieronder een beschrijving van hoe het anders had kunnen gaan:
De sloopapparatuur staat opgesteld aan de zijkant van de boerderij, als legergeledingen in afwachting van het sein voor de aanval. De grote bek met stalen tanden van de reuzehapper is wijd geopend, een monster dat zijn slachtoffer in het vizier heeft en lekkerbekkend te kwijlen staat tot hij toe mag slaan.
De eeuwenoude kloostermoppen en de zorgvuldig geschilderde dakspanten, het donkergroene duivenbord, de dieprode plavuizen in de keuken met uitgesleten routes waarop jaar na jaar generaties vrouwen heen en weer zijn gesloft, de oude betegelde schouw, de houten vloerdelen die door Fokko gerepareerd en gelakt zijn, de met zorg herstelde groene luiken, de brede vensterbanken waarin hij graag een kussen legde en zo maar wat naar buiten staarde en het stenen bordes waarop eeuwenlang bruiden naar binnen en doden naar buiten zijn gedragen, dat alles staat op het punt kapotgeslagen en weggehapt te worden.Lees verder
De knal van Zeerijp
Alsof een vrachtauto tegen de gevel op knalde, zo dreunde het huisje waarin ik op het Hogeland van Groningen aan een roman werk. Het was de eerste keer dat ik een aardbeving hoorde en voelde sinds ik anderhalf jaar geleden hier neerstreek. Een gebied vol spectaculaire wolkenlucht, een zompige bodem van klei, dorpjes met bakstenen huisjes, monumentale boerderijen op geïsoleerde wierden, en her en der een pompstation waar gas uit de bodem wordt gehaald.
Het is dankzij de gasvelden dat ons land zo welvarend is geworden. Er waren indertijd, in 1963 wel een paar mensen die waarschuwden dat je niet ongestraft de bodem leeg kon halen, maar zij werden honend weggezet als dorpsgekken, als vijanden van de vooruitgang.
Het is misschien wel door de exorbitante welvaart in dit land, dat we, naar mate we rijker werden, ons gevoel voor empathie verloren.
Lees verder
Dagboek van een landschap en meer
206 25 augustus 8.21 uur
Een heiige lucht, waarin witte vegen en wat kleine wolkenpropjes hangen.
Er wandelt een briesje door de takken van de acacia. Ze deinen zachtjes, de blaadjes wiebelen als giechelende schoolkinderen.
De zwaden hooi zijn gisteren door een vierkante luid brullende machine opgeslorpt, vacuümgeperst en door de kont naar buitengedrukt als een rechthoekig pakket, neergegooid op het veld. Een haas maakte zich, paniek in de wagenwijd opengesperde ogen, die, ik moet eerlijk blijven, altijd paniek uitstralen, uit de voeten. Met grote sprongen vloog hij over het veld, voor de herrie uit, en dat is maar goed ook, anders was hij nu een platgeperste haas geweest, in een hooipakket dat ergens deze winter in een stal door een shovel naar binnen wordt gereden en door de boer met een hooivork uit elkaar wordt geplukt, waarna het door de bek in de eerste van de zeven koeienmagen verdwijnt. Hoeveel doodgedrukte dieren worden er eigenlijk in die hooipakjes gevonden? Ik heb geen idee.
Daarna kwamen er twee brulapen het land op: een trekker met daarachter een platte kar en een gemotoriseerde steekkar waarmee de hooipakjes hoog op de kar werden gestapeld. De boer op de trekker reed naarmate de kar voller werd, de stapels hoger en het geheel wiebeliger, steeds langzamer door het hobbelige stoppelveld, de angst dat de boel er af zou storten was duidelijk aanwezig.Lees verder
Dagboek van een landschap nr. 174: wat kiekendieven doen
8.09 uur: Het land lijkt vandaag ferm en vastbesloten boerenland, functioneel, geen poespas, de rechte tarwevelden kruisen strak met de aardappelvelden, donkergroen op lichtgroen, de bronzen graankleur in de aren staat al bijna op doorbreken. Dit is een land zonder frivoliteiten, waarop het uitbundig en ongepland leven zorgvuldig uitgebannen is door sproeïinstallaties die als monsters met reusachtige tentakels hun weg door het land banen, hier wordt geproduceerd, in doffe stilte, hier dijen knollen ondergronds langzaam uit, de lila bloesem als herauten van hun bestaan, hier reiken volle aren stilletjes naar de hemel, hier houdt het land de adem in. Hier wordt de onbeweeglijkheid alleen maar af en toe verstoord door een zwaluw die wild en vrij de lucht doorsnijdt, een eend die met kromme rug en gebogen vleugels de plas induikt, hier is het wachten op de bruine kiekendief, die ik verborgen weet in het riet en die een nest jongen groot brengt, niet omdat daarachter een winstmodel zit, maar omdat de kiekendief er nu eenmaal is en omdat kiekendieven dat doen, in deze tijd van het jaar.
Een beetje stil zijn vandaag.
Van mij mag iedereen herdenken wie hij of zij wil, als we maar niet vergeten dat vier mei oorspronkelijk de herdenking is van een wereldoorlog waarin de grootste genocide ooit heeft plaatsgevonden. Een industriële vernietiging, mogelijk gemaakt door ingenieuze techniek. Mensen die zeggen dat we niet ‘alleen maar Joden’ zouden moeten herdenken geven met die zinsnede aan waarom dat misschien toch nodig is. Niet alleen uit respect voor de vermoorde Joden en hun nabestaanden. Hoewel dat wel genoeg zou mogen zijn. Maar ook voor de mensheid, want de Shoah is een keiharde les, voor ieder die zich daar niet voor afsluit.
Een les waarin benadrukt wordt om nooit te vergeten waar discriminatie, uitsluiting, de onverschilligheid ten opzichte van vluchtelingen, uiteindelijk toe leiden kan.
In een herdenking waarbij de uitroeiing van het Joodse volk centraal staat kan iedereen zijn ‘ei’ kwijt. De overlevenden, de nabestaanden, de Sinti’s, de Roma’s, de homoseksuelen, de landgenoten, de voormalig militairen, de verzetshelden, de vluchtelingen van nu. Alles zit in het geschiedenisverhaal van 1933- 1945, met de treurige apotheose van de grootste massamoord aller tijden. Laten we stoppen met krakelen. En een beetje stil zijn vandaag.
Herdenken
Herdenken is een luxe.
Herdenken betekent volgens Van Dale: Zich opnieuw voor de geest brengen.
Een hachelijke zaak. De meeste oorlogsslachtoffers moeten alles in het werk stellen om de gruwelen uit zijn geest te bannen, die kunnen zich een herdenken niet permitteren.
Mijn vader moest er niets van hebben, van dat herdenken.
Een fatsoenlijk mens stierf in BergenBelsen, was de zinsnede waarmee hij zijn verblijf in het concentratiekamp pleegde samen te vatten.Lees verder
Boekenbal: het feest der uitsluiting
Nee, ik heb geen kaartje voor het Boekenbal.
Geeft niet, komt wel weer een andere keer. Of niet.
Dat Lise Spit er geen heeft, vind ik erg. Ze schreef het mooiste debuut van 2016, wint prijzen en staat op bestsellerlijsten, haar schrijverscarrière is geëxplodeerd als een duizendklapper en dat zou voor het CPNB genoeg reden moeten zijn om haar een kaartje te gunnen. Dat DasMag, de uitgeverij die solidariteit met de beroepsgroep weigert, wordt buitengesloten, oké, maar een paar succesvolle auteurs laat je daarvan niet de dupe zijn.
Vorig jaar had ik een persoonlijke uitnodiging. Lees verder
Mijn grootste vijand
93.Woensdag 8 maart 7.57 uur
Egaal grijze onverzettelijke lucht, waar de zwakke westenwind met geen mogelijkheid tegenop kan.
Een buizerd zit op het paaltje van het hek dat toegang geeft tot het rietland. Er dobberen weer lokeenden op de plas, onbeweeglijk lijken ze vanaf hier. Witte vogels zitten op de oever, alsof ze getuige zijn van een zwemwedstrijd die nog niet begonnen is.
De vinkjes slaan hun slag onvermoeibaar de wereld in.Lees verder